Onder vochtige wolken
vormen rode boeien
een lange rij
op de magische grens
van land en water
Bij vloed roept het likkende water
zilte herinneringen op.
Fijne zandkorrels schuren
zachtjes aan de onderrand
- Het is eb -
De metalenhuid
nodigt uit tot strelen
De Oerolganger
waadt verrukt
tussen al dit moois
en weet:
er is een baken voor hem verzet
en weet: