zaterdag 18 mei 2013

Natuurlijke basisversterking


Deze aangeklede steen vind ik op het strand van Terschelling.

Al lange tijd ligt de steen op die magische grenslijn van aarde en water. Gelaten laat ze het water komen en weer gaan; niet bij machte ook maar enige verandering te brengen in haar bestaan.

De natuur krijgt medelijden met het gevoel van zinloos. Zorgvuldig legt ze op de steen een hoofdhuid aan, vol met prachtige zeepokken. Vervolgens brengt het nieuwe getijde een levendige haardos mee, die de kaaklijn goed doet uitkomen. De veer van een gestrande meeuw maakt de metamorfose compleet. De steen is verheugd.

Natuurlijk kies ik niet zomaar voor dit beeld.  Het refereert aan de machteloosheid die ik en veel van mijn collega’s de 
afgelopen week doormaken. 

Er is een grote reorganisatie gaande. Deze week ontvang ik het verontrustende bericht dat  aan de werkzaamheden die ik tot nu toe met veel plezier verricht niet langer de oorspronkelijke ‘waarde’ wordt toegekend. Een devaluatie van 2 schalen en ruim 10% salaris. 
Ik kan u verzekeren dat niet alleen dit gegeven behoorlijk waardeloos is maar dat ik mezelf daarbij ook waardeloos voel.

Het woord steen biedt vele mogelijkheden:  de behoefte om eens lekker een steen door de ramen te gooien! Er ligt een zware steen op mijn maag. Maar ook: alle gedupeerden verenigingen zich en dragen hun steentje bij aan het verzet. Stenigen die lui, die zomaar beslissen over mijn eigenwaarde en portemonnee.

Gevoelens die er in deze fase mogen zijn. 
Maar ook gevoelens waarvan ik weet dat ze uiteindelijk weer weg zullen ebben. Als ik mezelf herpak, ben ik uiteindelijk weer loyaal.

En niet door op de barricade te staan, maar door de organisatie te laten zien dat ik niet zomaar een kale steen ben, maar wel degelijk meer in huis heb . 
Mijn ellebogen gebruik ik daarbij niet. In pure eenvoud laat ik zien waar mijn kwaliteiten liggen en hoe die – buiten de functieomschrijving om – deels ook al worden benut door de organisatie. 
Ik gooi mijn haar in de wind en ga ervoor!

zondag 12 mei 2013

Leerproces


Deze foto lijkt het gezegde  ‘als er één schaap over de dam is volgen er meer’  helemaal te bevestigen. Uit ervaring weet ik dat dit absoluut niet zo vanzelfsprekend is.

Mei 2012: samen met een vriendin reis ik naar Frankrijk om 175 km ten zuiden van Parijs een week op te trekken met herderin Jos en haar kudde.

Al gauw blijkt dat het heel wat voeten in aarde heeft om 200 schapen en ook nog eens 200 lammetjes in het gareel te houden. Temeer daar de kudde niet rustig  graast in een weiland maar is ondergebracht in natuurgebied l’Ormette. 
Het gebied is behoorlijk groot en biedt de schapen door het gevarieerde landschap heel wat ontdekkings- ontsnappingsmogelijkheden. 


De moederschapen zijn al gewend aan de honden die de kudde op het juiste spoor proberen te houden, maar voor de lammetjes is alles nieuw en de waaghalzen die al wat bij moeder vandaan durven te gaan, vliegen dan ook alle kanten op. 
Ze begrijpen niets van die honden die hen steeds een bepaalde kant op proberen te drijven. Als de week vordert, begint het ook bij de lammetjes een beetje te dagen.
Niet dat het dan al meteen een simpele klus wordt, beslist niet. Maar er zit iets meer structuur in het geheel.

Voor mij begon het leerproces bij het loslaten van het beeld dat ik me thuis heb gevormd van een week schapenhoeden. 
‘Groene weilanden, strakblauwe hemel, heel veel aaibaar wol en daartussen vredig op een picknickkleed, de herderin en wij. 
Genoeglijk theedrinkend en mijmerend.  Met alle tijd voor het vastleggen van poëtische gedachten en andere pennenvruchten.’

www.rustvinden.eu in optima forma, dacht ik.
Lichamelijk kom ik bedrogen uit. 
Het is zowel voor de schapen, honden, herderin en ons hard werken. We leggen wat kilometers af. 
De rust ontstaat vooral in je hoofd. Je hoeft – en kan – je met niets anders bezig houden dan met de schapen. Aan het eind van de week blijkt dat heel geruststellend.

Er zijn meer leerprocessen. 
Ik zie overeenkomsten tussen de schapen en de ME. 
Merk daarbij ook dat ik absoluut niet het vermogen heb om de kudde strategisch te benaderen.

Daarentegen heb ik wel veel oog voor de lammetjes en moederschapen die last van de zandgrond hebben en daardoor mank lopen. Soms blijven ze ver achter. 
De beestjes krijgen geen kans echt af te haken, want ik volg hen nauwlettend. 
Met mijn fototoestel zoom ik in op hun oormerk, zodat Jos kan noteren welk schaap of lammetje behandeld moet worden tegen het ongemak.

Het leuke is dat ik door de maandelijkse nieuwsbrieven het hele jaar rond meeleef met de kudde. 
Andere kant van de medaille is dat ik zowaar een beetje heimwee heb. 
Maar dat is natuurlijk altijd op te lossen ….